© Dirk Bouwen

De ufo's achterna

Met ‘The Visitors, an Outer Space Novel’ duikt Opus One ‘21-fotograaf Dirk Bouwen in de cultus van buitenaards bezoek. Bouwen is vooral gefascineerd door de ongemakkelijke spanning na een waarneming, met enerzijds de wetenschap die op zoek gaat naar verklaringen en anderzijds de wereld van onze fantasie. Samen vormen ze de bouwstenen van de sciencefictioncultuur. Het vertrekpunt voor de reeks is een brief van psycholoog Carl Gustav Jung uit 1957, waarin hij niet alleen zijn fascinatie, maar ook het mythologische en psychologische aspect van ufowaarnemingen onderstreept. Bouwen neemt de kijker mee in een bevreemdende wereld die tegelijk abstract, concreet en surrealistisch is. Hij bezocht ufogevoelige sites en sprak met getuigen om zich helemaal onder te dompelen in het fenomeen.

tekst: Mats Pylyser (23/12/2021)

© Dirk Bouwen - Plateau d'Albion

Vanwaar komt jouw interesse in buitenaards bezoek?

De ‘race to the moon’ heeft de generatie van mijn ouders sterk beïnvloed. Mijn vader was erg geïnteresseerd in de ruimte, wat zo mij ook heeft beïnvloed. Ik ben trouwens ook opgegroeid in een periode waarin sciencefictionliteratuur populair werd en grote sciencefictionfilms en -series het medialandschap begonnen te bepalen, een genre waar ik zelf ook een groot liefhebber van ben. Maar misschien was er nog meer. Ik herinner me dat ik als kind vaak aan het raam naar de nachtelijke hemel keek, speurend naar iets bijzonders. Dat is me ook persoonlijk enigszins blijven achtervolgen: heel toevallig ben ik een aantal keer dicht bij echte ufowaarnemingen geweest die ik zeer helaas ‘net gemist’ heb. Ik wou als fotograaf al lang iets doen met dit thema. Ik wou zeker niet de zoveelste sciencefictionillusie met hyperrealistische ruimteschepen neerzetten, maar een bepaalde sfeer tonen die ik diep in mezelf ervaar. Het was vreemd hoe mensen in mijn omgeving, zodra ze de eerste, zeer intuïtieve beelden van ‘The Visitors’ hadden gezien, zich plots en totaal onverwacht ook in het onderwerp begonnen te verdiepen. Dat toont wel aan dat ze ergens met dezelfde vragen zitten, toch? Dat heeft me zeker gestimuleerd om met het project door te gaan.

Hoe was je ervaring ter plaatse, op de zogenaamde ufogevoelige sites?

Een van de meest indrukwekkende locaties die ik bezocht, was de brede zone rond het Plateau d’Albion, die door sommige ufojagers een beetje beschouwd wordt als de Franse ‘Area 51’ (een Amerikaanse militaire site waarrond veel speculatie bestaat over de aanwezigheid van buitenaards leven). Tot 1999 stonden hier ook kernraketten. Er heerst daar een vreemde sfeer tussen de ruwe, dichte natuur, landbouwers en oude militaire overblijfsels. Ik werd er gedreven door een extreme nieuwsgierigheid naar het onbekende, maar voelde tegelijkertijd ook een soort van weerstand: dat was precies het gevoel dat ik wou ervaren voor mijn project.

© Dirk Bouwen
© Dirk Bouwen
© Dirk Bouwen

Je werkt in de reeks met verschillende technieken. Kan je hier iets meer over vertellen?

Ik denk dat er bij het maken van ‘The Visitors’ weinig beperkingen waren. Als je goed kijkt, zit er in dit project een vreemd spel tussen dag en nacht of met de obscuriteit van bepaalde omstandigheden. Lang niet alle foto’s zijn perfect - een bewuste keuze. Qua sfeer kan je daar creatief veel mee doen. Ik creëerde dit fictief universum ook op basis van cross-overs tussen fotografie en grafiekkunst – ‘printmaking’ in het Engels is, wat mij betreft, een correctere term. Dat was erg interessant. Het was een volledig nieuw experiment voor mij, maar wel één waarbij ik steeds het basisprincipe bleef koesteren om een foto-realiteit te tonen zonder trucages of nabewerking in Photoshop. In de realisaties met grafiekkunst werkte ik met de meest fotografische technieken, zoals lithografie en zeefdruk, maar ook met cyanotypie. Ik kan fotografie niet zomaar loslaten, het zit genetisch veel te diep in mijn beeldende expressie.
            Ik ben ook steeds intensief bezig met de uiteindelijke presentatie op papier. Papier en beeld vormen een magisch huwelijk – voor mij komen foto’s pas echt tot leven wanneer ik ze begin af te drukken en er uiteindelijk alle bedoelde nuances in kan ontdekken. Meestal eindigen mijn projecten in een soort boekvorm; het moet telkens toch een beetje een verhaal worden, zeg maar. ‘The Visitors’ is een fotografisch kortverhaal, zoals ook de ondertitel ‘An outer space novel’ aangeeft. Er zijn heel veel leemtes die door de kijker zelf ingevuld kunnen, mogen of moeten worden. Precies dat is wat een kunstenaar wil, niet?

Geloof je zelf in de mogelijkheid van buitenaards bezoek?

Als je hierbij een ‘ja’ of ‘nee’ verwacht, ga ik je moeten teleurstellen. Wellicht wemelt het in de kosmos van leven en zelfs intelligent leven – het zou bijzonder vreemd zijn dat de mens zomaar ‘een intelligente speling’ van het lot is. De vraag blijft eerder of intelligent leven ergens op een verre planeet over de kennis en technologie beschikt om duizenden lichtjaren te kunnen overbruggen. En met welk doel zouden ze naar onze planeet reizen? De huidige wetenschap sluit de mogelijkheid van zo’n bezoek eigenlijk uit. Alhoewel er tegelijk zoveel technische pogingen zijn ondernomen om toch te communiceren met buitenaards, intelligent leven. Er mag geen fenomeen opduiken zoals de sigaarvormige komeet Oumuamua of er worden onmiddellijk wetenschappelijke theorieën op poten gezet rond de mogelijkheid van ander intelligent leven. Mijn boek eindigt precies met de bizarre filter die we als mensen op de realiteit hebben – er is daarbij eigenlijk maar één zekerheid: we weten niet alles, wellicht zelfs bijzonder weinig. Misschien bestaat er wel een multidimensionaal achterpoortje waardoor intelligente wezens met de vingerknip bij ons staan? Dat mooie achterpoortje rechtvaardigt in ieder geval ‘The Visitors, An Outer Space Novel’.

_________________