Johnny Depp als Ed Wood in de gelijknamige film. Hij steek zeven vingers op.Still uit 'Ed Wood' van Tim Burton

7 tips voor een betere acteursregie

De relatie tussen regisseur en acteur is een van de meest intieme in het creatieproces van een film. Acteurs lenen immers hun gezicht en emoties aan een film. Dat menselijke aspect maakt van acteursregie dan ook een complex en intiem proces, dat telkens om een specifieke aanpak vraagt.

Anders dan bij het verplaatsen van een spot of het veranderen van lens, is het regisseren van acteurs geen proces dat automatisch het verwachte resultaat oplevert, wat soms voor frustratie kan zorgen bij onervaren regisseurs. Daarom lijsten we enkele tips op om het beste in je acteurs naar boven te halen.

By the time a film is cast, at about 85% of my creative work is finished, because the actors have to do it from then on. (Robert Altman)

1. De beste acteur is niet per se de beste acteur voor jouw rol.

“By the time a film is cast, at about 85% of my creative work is finished, because the actors have to do it from then on.” Deze quote van de Amerikaanse regisseur Robert Altman geeft aan hoe belangrijk voor hem de casting van de juiste acteur is. Soms heb je als regisseur al bepaalde acteurs in het achterhoofd.

Dan nog kan het toch nuttig zijn om hen te laten testen, door een bepaalde scène uit de film te spelen bijvoorbeeld, om een beter beeld te krijgen van hoe hun spel bij de film past, hoe het aanvoelt om met hen samen te werken en te kijken of jullie op een zelfde golflengte zitten.

Het is interessant om je acteurs al eens samen te laten spelen, om te kijken hoe de onderlinge chemie is. Zeker als ze veel scènes samen hebben, is dat een belangrijke factor om mee te nemen in je keuze. Hou immers altijd voor ogen dat je concrete rollen wilt invullen en niet louter de ‘beste’ acteur zoekt.
Heb je nog niet meteen acteurs in gedachten? Ga dan actief op zoek. Steek eens je licht op bij andere regisseurs en ga in films en series, maar zeker ook in theater, op zoek naar interessante profielen. Je kan dan een casting organiseren waarin je verschillende acteurs laat testen. Een open casting is ook ideaal om nieuwe acteurs te leren kennen.
Hoe pak je zo’n castingsoefening praktisch aan? Laat bijvoorbeeld de acteurs een bekende scène naspelen die in de lijn ligt met jouw script. Geef daarna de acteurs enkele richtlijnen en achtergrond informatie van jouw personage en laat ze opnieuw diezelfde scène spelen. Zo kan je zien hoe vaardig je acteurs zijn in het portreteren van eenzelfde scène vanuit een ander perspectief. Het is belangrijk voor jou als regisseur om te weten wat je uit de rol wil halen. Dit kan je leren door geconfronteerd te worden met verschillende interpretaties van dezelfde rol.

Still uit 'Girl' van Lukas Dhont

2. Bouw een wederzijdse vertrouwensband op met je acteurs.

Eenmaal je jouw acteurs gevonden hebt, loont het om mekaar voor de opnames beter te leren kennen. Ga eens op café of ga samen iets eten. Jouw enthousiasme over jouw project kan daarbij ook voor acteurs motiverend werken en hen soms ook over de streep trekken om mee te werken.

Door in een ontspannen omgeving elkaar beter te leren kennen, ga je ook op set op een meer vertrouwde manier met elkaar omgaan. Dat is aangenamer om te regisseren en stelt tegelijk ook de acteurs meer op hun gemak omdat je elkaar beter kan inschatten. Het helpt je ook om jouw regieaanwijzingen beter af te stemmen op hoe de acteurs werken. Hetzelfde geldt ook voor de acteurs onderling: als ze elkaar beter leren kennen, zullen ook met meer vertrouwen met elkaar durven spelen.

Victor Polster, de hoofdrolspeler uit ‘Girl’ van Lukas Dhont, vertelt hierover: “Buiten de dansrepetities, deden we heel veel simpele familieactiviteiten, zoals samen gaan eten. Op deze manier bracht Lukas Dhont de crew samen. Arieh Worthalter, mijn vader in de film, kwam altijd langs als ik mijn outfits moest uitproberen of mijn haar extensions. Op die manier creërden we een dochter-vaderband.”

3. Er is niet één juiste manier om te regisseren.

Hou in gedachten dat elke samenwerking anders is. Er is geen identiek draaiboek voor iedereen en voor elke situatie. Veel grote filmmakers hebben verschillende regiestijlen en er is niet één juiste methode om acteurs te regisseren. Probeer verschillende technieken uit, ontwikkel je eigen stijl, maar hou ook rekening met de persoon die voor je staat.

Sommige acteurs appreciëren directheid, bij anderen is het vooral belangrijk om vertrouwen te geven. Niet-professionele acteurs zijn soms gebaat bij erg concrete aanwijzingen, terwijl professionele acteurs vanuit gevoel en interpretatie vertrekken.

Geef je acteurs ook de ruimte om te werken en luister naar hun instincten. Acteren is immers hun vak. Laat ook wat ruimte voor spontaniteit en improvisaties. Als een acteur je vertelt dat er iets in het scenario onnatuurlijk aanvoelt of moeite heeft om het te begrijpen, sta dan open voor deze feedback en overweeg om het te herwerken.

4. Neem je acteurs mee in je arena.

Communiceer je ideeën tijdens de pre-productiefase met je acteurs. Praat de scènes door voordat je begint met filmen en maak daarbij aantekeningen. Vraag je acteurs of ze je voorbereiding willen bekijken, dit kan een shotlist, storyboard of moodboard zijn. Hierdoor kunnen ze makkelijker meestappen in jouw visie. Beantwoord hun vragen, of het nu gaat om het verhaal, het personage of de wereld van de film, en sta open voor hun input. Zo kunnen ze op hun eigen manier zichzelf verder voorbereiden op hun rol. Sommige regisseurs leggen ter inspiratie muziek, historische documenten of personages uit andere films voor.

Een voorbeeld uit de praktijk: In ‘Once Upon a Time in Hollywood’ van Quentin Tarantino speelt Leonardo DiCaprio een westernacteur op retour. Tarantino introduceerde DiCaprio als voorbereiding tot verschillende oude westernreeksen, films en acteurs waarin hij zich kon verdiepen om beter zicht te krijgen op zijn personage en diens manier van acteren. Dit gaf DiCaprio niet alleen een duidelijke richting, maar het was ook een effectieve manier om zowel regisseur als acteur op dezelfde golflengte te krijgen.

DiCaprio en Tarantino op set in een saloon.'Once upon a time in Hollywood' © 2019. Sony Pictures Television Inc. All Rights Reserved.
Leonardo DiCaprio zitten op bed met de hoorn van de telefoon in zijn handen.'Once upon a time in Hollywood' © 2019. Sony Pictures Television Inc. All Rights Reserved.

5. Wees duidelijk en vertrouw op je acteurs.

Beginnende regisseurs maken vaak de fout om te weinig of te veel te regisseren. Sommigen filmmakers zijn eerder verlegen als het gaat om het regisseren van acteurs, terwijl de meeste acteurs vaak net feedback en actieve begeleiding willen.

Acteurs die te weinig informatie krijgen, blijven in het ongewisse en gaan te onduidelijke instructies soms gewoon verkeerd interpreteren. Als je wil dat acteurs iets anders doen, vertel het hen dan. Wees op een rustige en vriendelijke manier duidelijk en eerlijk over wat je wil. Jullie hebben allebei hetzelfde doel: een zo goed mogelijke film maken met zo goed mogelijke acteerprestaties.

Te veel regisseren kan dan weer leiden tot een regisseur die een acteur tot in de kleinste details vertelt hoe die zich moet voelen of hoe die zich moet gedragen. Voor acteurs is dit niet alleen onnatuurlijk, het kan ook aanvoelen als een gebrek aan vertrouwen in hun vaardigheden. Acteursregie is daarom ook een stukje loslaten als regisseur. Je kan niet (altijd) zomaar letterlijk realiseren wat er in een scenario staat. Regisseer je acteurs daarom in de richting die je wil, geef duidelijke aanwijzingen, maar laat hen ook de ruimte om vanuit hun ervaring en talent zelf iets te creëren. Vaak levert dat een beter resultaat op dan een script letterlijk te willen uitvoeren.

Kortom, zowel te veel als te weinig regisseren brengt acteurs mogelijk in verwarring en staat een goede acteerprestatie in de weg. Het belang van een band op te bouwen met jouw acteurs komt hier ook opnieuw naar boven: zorg dat je vooraf weet met wie je werkt en hoe die persoon reageert op aanwijzingen.

Complexe camerabewegingen, waarbij acteurs met veel technische zaken rekening moeten houden, maken het acteren moeilijker en hebben daardoor ongewild soms een negatieve impact op het acteerwerk. Wees je daar bewust van.

6. Zoek naar een balans tussen acteursregie en beeldregie.

Jonge filmmakers zijn vaak nog heel erg bezig met het leren van een beeldtaal en kunnen zich al eens verliezen in camerawerk en belichting. Het risico van te veel met het visuele bezig te zijn, is dat je acteurs een beetje aan hun lot worden overgelaten. Complexe camerabewegingen, waarbij acteurs met veel technische zaken rekening moeten houden, maken het acteren moeilijker en hebben daardoor ongewild soms een negatieve impact op het acteerwerk. Wees je daar bewust van.

ls je een uitgesproken visuele film zou maken, communiceer dit dan ook steeds duidelijk met de acteurs. Bij een emotioneel belangrijke scène kan het bijvoorbeeld lonen om voor een eenvoudigere beeldregie te gaan, zodat acteurs zich meer op hun spel kunnen focussen. 

Geef sowieso ook altijd aan je acteurs mee wat het beeldkader is, zodat ze zich daarop kunnen instellen.

Bekijk met hen, naargelang de aard van de scène, ook de volgorde van takes. Bij een emotioneel moeilijke scène kan het goed zijn om bijvoorbeeld eerst een close-up te draaien, wanneer het spel nog frisser is en de emoties vol in beeld komen, en pas later een totaalshot te draaien.

Wanneer er een emotioneel complexe scène gedraaid wordt, communiceer je dit best ook aan de crew, zodat er rust is op set. Vraag bijvoorbeeld om met een kleine crew te draaien als de sfeer van de scène daarom vraagt. Creëer kortom een veilige omgeving voor jouw acteur waarin je je bewust bent van hun noden en waarin ze weten dat ze op jou kunnen terugvallen.

Still uit 'Be Kind, Rewind' van Michel Gondry

7. Creëer ervaring door te doen.

Regisseren doe je doorgaans niet elke dag. Tussen twee filmprojecten zitten soms verschillende jaren en in de tussentijd komt er op jouw vaardigheden en ervaring een laagje stof te liggen. Wanneer je nadien terug als regisseur op set staat, zijn echter meteen weer alle ogen op jou gericht om je acteurs en je team aan te sturen en creatieve knopen door te hakken met beperkte tijd en middelen. Daarom is het belangrijk om ervaring te blijven opdoen en je vaardigheden scherp te houden door regelmatig te blijven regisseren. Niet elk project hoeft immers de filmfestivals te halen.

Geef jezelf de ruimte om met oefeningen, scènes of sketches, bijvoorbeeld met vrienden, dingen zonder verwachting uit te proberen en af en toe op je bek te gaan, zodat dat niet gebeurt op een grotere set, wanneer het er echt toe doet.

Maak bijvoorbeeld je favoriete scène na of een scène van een film die jou heeft geïnspireerd bij een verhaal dat je later zou willen verfilmen. Neem een Nederlands gesproken film, zo heb je meteen dialoog, maar verander iets: het einde, de toon van de scène, etc.

Laat de acteurs eens heel onderkoeld spelen in plaats van dramatisch of draai de rollen om tussen protagonist en antagonist. Zo bouw je ervaring op en leer je beter inzien waarom een scène werkt of niet werkt. Hou in het achterhoofd dat je niet wil kopiëren, maar wil leren. Mislukt iets? Geen probleem. Doe het gewoon opnieuw en intussen ben je een ervaring rijker. Je zal zien dat je na een tijd beter weet wat je uit een scène kan halen en wat je wil zien. Dus vooral: doen, doen, doen!