'Nan and Brian in Bed', New York,1983 (courtesy of Nan Goldin)

‘All the beauty and the bloodshed’: een portret van Nan Goldin

Ooit vertrokken vanuit de marges van de kunstwereld, staat het werk van Nan Goldin vandaag als mijlpaal in de geschiedenis van de fotografie. Met haar snapshot-esthetiek en een openhartigheid die aanvoelt als een dagboek, geven Goldins beelden een gezicht aan de outcasts en subculturen in wiens midden ze vertoefde. Momenteel is Goldin erg actief rond de opioïden-crisis in de VS, waarvan ze zelf één van de miljoenen slachtoffers was. De documentaire ‘All the beauty and the bloodshed’, die momenteel in de zalen te zien is, schetst een portret van het leven en werk van deze unieke fotograaf.

Tekst: Alies Torfs (20/04/2023)

Op zoek naar een stem

Nan Goldin werd geboren in 1953 in Washington DC maar groeide op in wat ze zelf de "claustrofobische" buitenwijken van Boston noemde. Een warm familieleven heeft ze niet gekend. Op haar 11e verloor ze haar zus Barbara aan zelfdoding. Een jaar of drie later verliet ze zelf het huis omdat haar thuissituatie, in combinatie met haar rebelse karakter, niet meer houdbaar was. Ze leefde in verschillende pleeggezinnen, maar vond er nooit haar draai. Bovendien werd ze buitengegooid op elke school waar ze naartoe ging. "Ik was verlegen, maar lastig, wat moeilijk was voor mensen om mee om te gaan,” zegt ze hier zelf over.

Op het moment dat Goldin in een creatieve ‘hippie’-school terechtkwam, communiceerde ze zelfs alleen nog maar door te fluisteren. Zelf zegt ze dat deze school haar redding was. Het was daar dat ze kennismaakte met de camera. “De polaroid camera die ik kreeg was toen voor mij de enige manier om te spreken. Het gaf me een stem.” Die nieuw verworven stem zou ze vanaf dan meermaals inzetten om ook anderen een spreekbuis te geven. 

'Nan in the Bathroom with Roommate', Boston (courtesy of Nan Goldin)

Op deze school leerde Goldin fotograaf David Armstrong kennen en er ontstond een hechte band tussen hen. Armstrong woonde in een huis met verschillende dragqueens en  introduceerde Goldin, die niet veel later ook bij hen introk, in deze scene die een belangrijke rol zou spelen in haar werk, zoals in de bundel ‘The other side’. “Ik woonde samen met een aantal drag queens, dus fotografeerde ik drag queens. Ik heb nooit besloten dat dragqueens een onderwerp vormden dat ik moest fotograferen. Mijn werk was altijd een directe uitloper van mijn leven. Ik heb de behoefte om alles te onthouden. Vanuit die behoefte komt de fotografie.”

Deze manier van werken maakte van Goldin één van de grondleggers van de dagboekfotografie. Haar proces werd destijds echter niet serieus werd genomen door de - voornamelijk mannelijke - fotografen en galeristen. Een echte fotograaf bracht, naar de normen van die tijd, niet haar eigen leven in beeld en al zeker niet in kleur. De norm toen was verticaal en zwart-wit. Voor Goldin was dit echter de enige mogelijke manier van werken.

‘The Ballad of Sexual Dependency’

Na haar afstuderen trok Goldin in de late jaren ’70 van Boston naar New York en raakte daar al snel verbonden met de avant-garde muziek- en kunstscène en de prominente LGBTQ-gemeenschap in Greenwich Village. Het is in deze context dat Goldin haar meest iconische werk maakte, ‘The Ballad of Sexual Dependency’ (1979-1985). Daarin documenteert ze op een compromisloze manier haar eigen leven en dat van haar omgeving, met de hoogtes en laagtes van hun levensstijl. We zien hechte vriendschappen en wilde feestjes, maar ook onverbloemd druggebruik, seks, ruzie en geweld.

'Self portrait with scratched back after sex', London, 1978 (courtesy of Nan Goldin)
'Buzz and Nan at the Afterhours', New York City, 1980 (courtesy of Nan Goldin)
Dit is het dagboek dat ik mensen toelaat te lezen.

Omdat ze de intiemste momenten van anderen toont, vond Goldin dat ze dat zelf ook moest doen. Zo fotografeert ze zichzelf terwijl ze seks heeft en maakt ze het iconische zelfportret ‘Nan One Month After Being Battered’ (1984), een maand nadat ze door haar toenmalige vriend in elkaar werd geslagen, met nog steeds zichtbare kneuzingen en een volledig bloeddoorlopen oog. “Dit is het dagboek dat ik mensen toelaat te lezen,” zegt ze hier zelf over. Het persoonlijke karakter vermengt met de rauwe thema’s en de snapshot-esthetiek maken van deze reeks een mijlpaal in de fotogeschiedenis.

Bij gebrek aan werkingskosten voor prints presenteerde ze haar werk als een diavoorstelling op muziek. Goldin zag ze als films opgebouwd uit stills. Haar slideshows waren overigens nooit dezelfde: er kwamen foto’s bij, er vielen er af of ze werden herschikt. In combinatie met de wisselende muziek, zorgde dit er voor dat haar beelden steeds in een nieuwe context geplaatst werden. Later werd de reeks ook als boek uitgebracht.

Een persoonlijk verhaal in een breder kader

Ondanks het persoonlijke karakter van haar werk, en waarschijnlijk zelfs net daardoor, krijgt het werk van Goldin een veel bredere reikwijdte. Het vormt een soort tijdsdocument van een generatie. Fotografie was voor haar een manier om vrienden en haar zelfgekozen familie dichtbij zich te houden, terwijl ze steeds meer mensen verloor aan de gevolgen van AIDS of overdosissen. Toch vertelt Goldin haar verhaal niet alleen voor zichzelf, maar “voor de samenleving”. Ook met de expo ‘Witnesses: Against Our Vanishing’ die ze eind jaren ’80 cureerde met werk van HIV-positieve kunstenaars, kaartte Goldin de AIDS-problematiek en het beleid rond de epidemie aan.

Zelf kreeg ze in deze periode ook te maken met verslaving. Na jaren van occasionele roezen neemt haar heroïnegebruik pijlsnel toe na de mishandeling door haar vriend. Goldin besloot hulp te zoeken en kickt af. Lange tijd ging ze nuchter door het leven, maar in 2014 loopt het opnieuw mis. Na een operatie krijgt ze OxyContin voorgeschreven, een opioïde om de pijn te bestrijden. In een mum van tijd raakt ze verslaafd aan OxyContin, dat ze als veel verslavender ervaart dan de heroïne die ze in de jaren ’80 gebruikte. En Goldin was zeker niet de enige.

Nan Goldin in een scène uit 'All the Beauty and the Bloodshed.'

Een nieuwe periode van ontwennen en herstellen vormt het startschot voor haar activisme tegen de Sackler familie, de farmaceutische dynastie die profiteerde van deze crisis. Hun bedrijf Purdue Pharma bracht OxyContin op de markt als een “niet-verslavend wondermiddel”, dat veelvuldig werd voorgeschreven door artsen en helaas wel verslavend bleek. De opioïden-crisis kostte in de V.S. de voorbije 25 jaar het leven aan zo’n half miljoen Amerikanen, alleen al door overdosissen, en maakte miljoenen anderen verslaafd. Verslavingen die de Sackler familie ook heel wat geld opleverden. 

Daarnaast is de familie actief in het publieke leven. Zo hebben ze een grote kunstcollectie en doneren ze grote bedragen aan grote kunstinstituten over de hele wereld waarmee ze hun imago oppoetsen. Met de actiegroep P.A.I.N. (Prescription Addiction Intervention Now) richt Goldin haar pijlen op musea waar haar eigen werk in de vaste collectie zit. Vastberaden plant ze een domino-effect te creëren in de kunstwereld en deze instituten te overtuigen om geen donaties van de Sackler familie meer te aanvaarden.

Goldins vertelstijl blijkt niet zo ver te liggen van haar fotografische insteek: brutaal, eerlijk en diep poëtisch.

‘All the beauty and the bloodshed’

Het verhaal van Nan Goldin trok de aandacht van documentairemaker Laura Poitras en resulteerde in de film ‘All the beauty and the bloodshed’. Poitras, die eerder al de ophefmakende docu ‘CitizenFour’ regisseerde over klokkenluider Edward Snowden, volgt in de film Goldins strijd tegen de familie Sackler en verweeft die met haar eigen levensverhaal.

Aan de hand van zeven verschillende hoofdstukken leren we de artiest en haar werk kennen, maar ook haar leven en strijd voor rechtvaardigheid. Het is Goldin zelf die in de film als verteller het woord neemt en haar levensverhaal vertelt. Haar vertelstijl blijkt niet zo ver te liggen van haar fotografische insteek: brutaal, eerlijk en diep poëtisch. Elk hoofdstuk wordt ingeleid door foto’s, gepresenteerd in haar unieke slideshow-stijl. We krijgen een uitgebreide inkijk in haar werken als ‘The Ballad of Sexual Dependency’ en ‘Sisters, Saints and Sibyls’ maar ook haar eigen familiefoto's, korrelige homevideo’s en snapshots worden getoond. 

Nan Goldin tijdens een PAIN-protest.

Poitras laat op die manier in haar docu de ruimte voor Goldins typerende intieme en persoonlijke toets. Zo zijn de scènes rond de dood van Goldins zus Barbara diep ontroerend. De liefde van Goldin voor haar oudere zus, die haar 'opvoedde', is duidelijk zichtbaar, net als het verdriet.

Het leven en werk van Goldin zijn doordrongen van verhalen van mensen die het slachtoffer werden van een systeem. Haar onconventionele levensloop komt dan ook voort uit haar afwijzing van traditionele normen en waarden, en mogen we lezen als een zoektocht naar vrijheid en bevrijding van de verwachtingen van de maatschappij. Met haar levensloop als rode draad door de documentaire, legt Poitras bloot hoe Goldins strijd tegen de Sacklers helemaal binnen dit plaatje past.

Goldins woede tegenover de Sackler familie is persoonlijk, maar draait om veel meer dan haar eigen verslaving. “Als je denkt aan winst ten koste van de pijn van andere mensen kan je alleen maar woedend zijn,” zegt ze in de film. De baanbrekende fotografie van Goldin wordt zo wederom aangewend als instrument tot het aanzetten van verandering in de wereld. Wanneer je omringd bent door het onderbelichte, is het vastleggen van je alledaagse leven een daad van activisme.

____________

'All the Beauty and the Bloodshed' loopt nu in de zalen. We mogen daarvoor 5 duotickets weggeven, door onderstaande vraag in te vullen. Film Fest Gent nam deze podcast op over 'All the Beauty and the Bloodshed'.